Paul van Kan Natuur en Landschap

<< terug naar nieuwsoverzicht

Verburg roept op tot uitrollen groene loper tussen stad en platteland


15 februari 2010

Sommige delen van groen Nederland moeten voor de burger beter bereikbaar worden. Daarom wil minister Verburg van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) dat gemeenten in Nederland de handen ineen slaan en samen met de provincies een groene loper in Nederland uitrollen.
Deze boodschap heeft de minister vandaag meegegeven aan de 36 grootste gemeenten van Nederland. Minister Verburg heeft vandaag het eerste exemplaar van het boek ‘Groene impuls’ overhandigd aan wethouder Lucas Bolsius van Rotterdam.
‘Groene impuls’ is een uitgave van het ministerie van LNV en bevat leerervaringen uit 14 inspirerende stedelijke groenprojecten in heel Nederland. Het zijn projecten die rond het huis zijn uitgevoerd, of in de straat, en ook rond de stad of in de regio. Zo ontwikkelde de gemeente Rotterdam samen met jongeren een eigentijds park om te sporten en bewegen, en benut de gemeente Maastricht de ondertunneling van de A2 om een groenstructuur dwars door de stad aan te leggen.
De minister riep de wethouders van de gemeenten op om nog meer werk te maken van groen in en om de steden en zelf waar mogelijk het goede voorbeeld te geven. “Neem wat vaker de dienstfiets en controleer meteen het fietspadennetwerk. Kies voor meer diversiteit in het gemeentelijk groen, plant minder gangbare boom- of plantensoorten”.
Tijdens de bijeenkomst overhandigde wethouder Bolsius, namens de 36 grootste gemeenten van Nederland, aan minister Verburg het boek ‘De 4e Dimensie: Steden op weg naar menselijk groen’. In dit boek geven de wethouders van de grote steden hun visie op behaalde resultaten en toekomstopgaven voor de verbetering van het groen in de steden.

(bron: ministerie van LNV)

“Groene loper tussen stad en platteland”  (Toespraak | 15-02-2010)

“Nog te grote delen van groen Nederland zijn voor de burger niet of maar heel moeilijk bereikbaar. Dat moet anders. En daarbij roep ik de hulp in van u. Ik wil u, en uw collega-wethouders in het land, vragen om samen met uw collega’s uit de provincies een groene loper over Nederland uit te rollen.”
Toespraak van de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, G. Verburg, in ontvangstnemen boek ‘De Vierde Dimensie. Steden op weg naar menselijk groen’ en aanbieden boek ‘De Groene Impulsen’, 15 februari 2010.
Beste wethouders, dames en heren,
Allereerst dank voor dit boek. Ik heb al even de gelegenheid gehad om het door te bladeren en ik ben onder de indruk.
Het is een eerlijk boek. U kijkt als wethouders terug op de afgelopen college-periode en u maakt de balans op. Niet alles is goed gelopen, daar bent u open over. Maar veel meer is wel goed gegaan. Veel ambities met betrekking tot groen en de stad zijn waargemaakt. En daar mag u trots op zijn. Terecht benoemt u dat ook in dit boek. Heel goed.
En wat ook goed is, is dat u niet blijft hangen in het verleden. U kijkt in dit boek ook vooruit. U schetst vergezichten, u komt met nieuwe ambities. En dat werkt aanstekelijk. In verkiezingsprogramma’s van steeds meer politieke partijen wordt aandacht gevraagd voor groen in wijken, voor het behoud van mooie en waardevolle bomen en voor het opknappen van verwaarloosde parken. Dat was vier jaar geleden echt wel anders!
En dat mag u, als verantwoordelijke wethouders voor het groen, op uw conto schrijven. Goed voorbeeld doet nu eenmaal goed volgen. En waar ik u verder ook verantwoordelijk voor houd – in positieve zin – is dat groen niet langer meer een sluitpost is op uw gemeentelijke begroting. Groen staat weer hoog op de agenda. Hulde!
En daar was het me allemaal om te doen. Dat heb ik beoogd met het programma Groen en de Stad dat ik samen met mijn collega van VROM heb opgesteld. En u heeft – samen met partners als woningbouwcorporaties, zorgverzekeraars en bedrijfsleven – onze verwachtingen overtroffen. Want er is in de afgelopen jaren veel geïnvesteerd, in de steigers gezet én opgeleverd.
Ik denk aan de veertien innovatieve voorbeeldprojecten. Aan de investeringen in het groen in de 40 krachtwijken en de convenanten die daarvoor gesloten zijn. Aan de website Groen en de Stad om kennis met elkaar te delen. Aan de vele onderzoeken op het gebied van maatschappelijke verbreding van het groen die Alterra in gang heeft gezet. En zo kan ik nog wel even doorgaan.
Ik vind het programma Groen en de Stad dan ook een groot succes. Vanwege dat feit ga ik er een punt achter zetten. Er komt geen vervolg. We staan als kabinet voor een forse bezuinigingsoperatie en dat betekent dat ik als minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit prioriteiten moet stellen. Groen en de stad is voor mij geen prioriteit meer. Het is voor mij geen prioriteit meer, juist omdat het voor u een prioriteit is geworden. Ik heb u met geld en menskracht een zetje gegeven en inmiddels ligt u op volle snelheid. U heeft mij niet meer nodig. Misschien hooguit om de koers te bepalen. En daar kunt u mij en mijn ambtenaren altijd op aanspreken, want Groen en de Stad zal wel altijd mijn belangstelling hebben.
En vanuit die belangstelling, wil ik nog twee opmerkingen maken. Ten eerste: Niemand in dit land kan om het belang van groen voor de stad en zijn openbare ruimte heen. Dat belang is onbetwistbaar. Wethouder Bolsius heeft het zojuist ook nog eens benadrukt: groen levert een bijdrage aan de oplossing van vraagstukken als gezondheid, sociale cohesie en het vestigingsklimaat. En daar zou ik graag – in dit jaar van de biodiversiteit – nog één extra element aan willen toevoegen.
Biodiversiteit staat voor de rijkdom aan leven om ons heen. Denk aan dieren, planten en micro-organismen. Mensen hebben de dure taak om deze rijkdom, deze soortenrijkdom zoveel mogelijk te beschermen. Immers, bomen, graszaden, struiken en planten vormen ons natuurlijk kapitaal. Helaas is dat natuurlijk kapitaal in snel tempo aan het verdwijnen.
Over de hele wereld neemt het aantal planten- en diersoorten af. Volgens deskundigen vindt dat proces, vergeleken met de natuurlijke afname, duizend keer zo snel plaats. Je kunt dus wel spreken van een wereldwijde biodiversiteitcrisis, die misschien wel minder bekend is dan de klimaatcrisis, maar dezelfde oorzaken heeft.
Als wethouder van een Nederlandse gemeente kun je dat proces natuurlijk niet in je eentje stoppen. Maar u – en uw collega’s – kunnen wel het goede voorbeeld geven. Mag ik u eens wat suggesties doen?
• Compenseer uw ritten met de dienstauto en uw buitenlandse reizen, door het planten van een gemeentebos. Ter compensatie van de CO-2 uitstoot. Of beter nog: neem voor kleine uitstapjes wat vaker de dienstfiets en controleer dan ook meteen of het fietspadennetwerk in uw gemeente nog wel in orde is.
• Koop als gemeente alleen nog gecertificeerd hout. En probeer – actiever dan nu het geval is – het foute hout buiten uw gemeentegrenzen te houden.
• Breng wat meer diversiteit aan in het gemeentelijk groen. Kies ook eens voor de wat minder gangbare boom- of plantensoorten. En wees ook zuinig op uw hout. Kap alleen wanneer het echt nodig is. En als het nodig is, plant dan ook meteen weer evenveel nieuwe bomen aan.
• Kijk ten slotte eens of er binnen de grenzen van uw stad geen ruimte is voor een stadsboerderij. Want eigenlijk vind ik dat iedere stad één of meerdere stadsboerderijen zou moeten hebben. Een plek waar bezoekers een kijkje kunnen nemen in de stal en in de wei, een praatje kunnen maken met de boer en streekvoedsel kunnen proeven. Met andere woorden, een plek waar stedelingen kennis kunnen maken en kennis kunnen vergaren over natuur, voedsel en dieren. Want daar kan niet vroeg genoeg mee begonnen worden. En dat betaalt zich bovendien later dubbel en dwars uit.
En daarmee – dames en heren – kom ik meteen bij mijn laatste opmerking. U heeft de afgelopen jaren bewezen goed te kunnen zorgen voor het groen binnen uw stadsgrenzen. U heeft veel nieuw groen aangelegd en u heeft veel oud groen opgeknapt. Uw inwoners profiteren daar dagelijks van.
Groen hoort echter niet bij de stadsgrenzen op te houden. Groen zou je – als op een loper – het ommeland in moeten leiden. Tot zelfs aan de grote natuurgebieden aan toe.
Natuurlijk, kris-kras verspreid in het landschap liggen fiets- en wandelpaden, ommetjes en boerenpaden. En die gaan overal en nergens naar toe. Of niet. Maar als u kilometers wilt maken, grote afstanden door het groen wilt afleggen, dan loopt u snel tegen versperringen en blokkades op. Dan blijken al die mooie stukken natuur eilandjes te zijn in een oceaan. Of beter nog: parels zonder een ketting die hen onderling verbindt.
Die ketting, die groene loper, die mis ik heel erg. Nog te grote delen van groen Nederland zijn voor de burger niet of maar heel moeilijk bereikbaar. Dat moet anders. En daarbij roep ik de hulp in van u. Ik wil u, en uw collega-wethouders in het land, vragen om samen met uw collega’s uit de provincies een groene loper over Nederland uit te rollen.
Ik wil u vragen om de handen ineen te slaan – desnoods om in samenspraak met de VNGhet voortouw te nemen – om ons groen beter te ontsluiten. Om gemankeerde groenverbindingen te herstellen, om top-natuurgebieden onderling te verbinden, om onze robuuste verbindingen aan elkaar te knopen.
Ik wil u – met andere woorden – vragen om als het ware uw gemeentegrenzen te openen en het ommeland in te gaan. Want daar ligt – letterlijk en figuurlijk – nog veel terrein braak dat u kunt vergroenen en slim kunt verbinden met uw stadsgroen.
U heeft in de stedelijke omgeving laten zien dat u dat voortvarend kunt aanpakken. Die aanpak zie ik ook graag op het platteland. Natuurlijk graag in nauwe samenspraak met de provincies, waarbij het de vorm kan aannemen van een Platform waarin diverse organisaties plaats kunnen nemen.
Beste Wethouders, dames en heren,
Ik ga afsluiten. Ik wil u nogmaals danken voor dit boek. Dit boek, en alles wat u daarin beschrijft, vormt volgens mij een uitstekend startpunt om nu op eigen kracht met Groen en de Stad door te gaan.
Toch wil ik u niet met lege handen laten gaan. Daarom dit boek ‘De Groene Impuls’, vers van de pers, voor u. In dit boek staan de veertien voorbeeldprojecten waar u aan hebt meegewerkt, uitvoerig beschreven. De projecten beschrijven precies hoe groen kan worden ingezet voor bijvoorbeeld gezondheid, sociale cohesie en infrastructuur.
Het is dus eigenlijk een voorbeeldboek, een inspiratieboek voor de gemeenten die nog niet zover zijn als u. Ik zal er dan ook voor zorgen dat dit breed onder de gemeenten verspreid wordt. Omdat goed voorbeeld, goed doet volgen. En omdat groen inspireert en omdat biodiversiteit van levensbelang is.
Wethouder Bolsius, mag ik u het eerste exemplaar overhandigen. En ik wil u allen – tot slot – succesvolle verkiezingen toewensen.

 

| ONTWERP: CENTOMANI | DISCLAIMER |